Prijsstelling in de schadewereld

Prijsstelling in de schadewereld

Het is geen geheim dat de commerciële tarieven in de schadeherstelsector inmiddels stevig onder de kostprijs liggen. Er zijn mensen die de schadeketens de schuld geven van deze lage tarieven, zij zouden de markt verpesten. Vergeten wordt dan dat deze schadeketens ook de nodige stappen hebben gezet op hun inkooptarieven en standaardisatie van werkwijzen met een lagere kostprijs tot gevolg. Feit is wel dat de grote opdrachtgevers steeds verder consolideren en een enorme inkoopkracht hebben omdat zij veel volume vertegenwoordigen: je kunt het je niet veroorloven een zo groot stuk van de markt te verliezen en zult dus mee moeten in de zware prijsonderhandelingen. Voor ketens speelt dit nog veel sterker: als je een belangrijke klant voor vele leden verspeelt (omdat je niet langer kunt instemmen met nog lagere tarieven) dan kan het voor individuele leden van de keten een zwaar gelag zijn en de loyaliteit binnen de keten zwaar op de proef stellen. Als opdrachtgevers alleen hun inkoopspel hard spelen en niet ook de effecten op kwaliteit, veiligheid en service naar de gezamenlijke klant voldoende gewicht geven is de “race to the bottom” nog niet op zijn eind.

Inmiddels lijkt het besef door te dringen dat je complexe schades niet meer voor het standaard uurtarief kunt herstellen. De investeringen in kennis en equipement zijn groot terwijl dit alleen maar terugverdiend kan worden als er voldoende volume wordt gestuurd en het uurtarief hoger wordt. Gelijktijdig wordt ook naar de “onderkant” van de schademarkt gekeken: waarom zou je voor relatief eenvoudig, cosmetisch herstel ook het volle pond betalen? Eén eenheidstarief voor alle voorkomende werkzaamheden zal dan ook plaats gaan maken voor gedifferentieerde tarieven.


Comments are closed.